Nooit een run gelopen maar toch jarenlang actief bij de organisatie van survivalruns en het bestuur van de SBN. Afgelopen najaar deed Hans te Velthuis een stapje terug binnen de organisatie. Hoog tijd om hem beter te leren kennen.
Hans kwam in 1991 in aanraking met survivalrun via zijn zoon Ronald. Ronald deed mee aan het programma ‘AVRO junior survival’. Het zaadje was geplant en niet veel later bleek dat er in de Achterhoek al een survivalrun georganiseerd werd, namelijk die van Beltrum. Een kennis, Stef Rohof, deed mee, en Hans is eens gaan kijken. De sport sprak hem direct aan. “Buiten in de natuur, afzien, schitterend!”
Zoiets moest toch ook in Hans zijn woonplaats te organiseren zijn? Er kwam een gesprek met Joop Rohof, die in het oude zwembad in Neede een zeskamp organiseerde. Al pratende kwamen ze tot het idee hier een soort survivalrun van te maken. Dit vond veel bijval en in februari 1992 werd de eerste survivalrun in Neede georganiseerd.
Niet veel later werd er een bestuur samengesteld en in april van 1992 werd de Stichting Survival Neede (SSN) opgericht. In de loop der jaren is ook Hans zijn vrouw Irene, hierbij ingegroeid en was het een tweespan in huize te Velthuis.
De ontwikkelingen volgden elkaar snel op, toch?
“Ja alles ging tegelijk.” In het jaar dat voor het eerst de survivalrun Neede georganiseerd werd begon Hans ook bij de SBN. “Eddy ter Woerd was in die tijd voorzitter en ze zochten mensen. De sport was groeiende en ik wilde graag bijdragen aan de ontwikkeling van survivalrun. De saamhorigheid binnen de organisatie sprak mij erg aan.”
Al 26 jaar betrokken bij de SBN maar nog nooit een survivalrun gelopen, hoe zit dat?
“Dat klopt! Ik heb altijd gejudood. Judo vind ik eigenlijk de mooiste sport.” Survivalrun vindt Hans een fantastische sport om naar te kijken en te organiseren. Dat klimmen en rennen laat hij aan anderen over. “Eddy ter Woerd heeft eigenlijk ook niet echt geklommen. Maar we hebben wel de passie en drive om wat voor de sport te doen en er wat van te maken. Hart voor survivalrun.”
Je hebt aan de wieg van de Parcourscommissie gestaan, toch?
“Dat klopt. Ze hadden destijds een Parcourscommissie, echter viel die uit elkaar. Dit was voor het NK in Zelhem 1994, dus er was geen Parcourscommissie meer. Na overleg met Eddy besloten we dat ik mensen ging verzamelen om de Parcourscommissie nieuw leven in te blazen.”
“Na wat zoeken had ik zes mensen bereid gevonden en stond er weer een Parcourscommissie. Dit was eigenlijk het begin van de Parcourscommissie zoals die nu is. Keuringen werden destijds ook al volgens opgestelde parcoursvoorschriften uitgevoerd. Alleen keurden we wedstrijden meestal met de hele parcourscommissie. Zo leerden we van elkaar en zagen we alles wat er in de survivalruns naar voren kwam. We zijn vervolgens op zoek gegaan naar kennis. Bij de luchtmobiele brigade vonden we die kennis en zijn we opleidingen gaan volgen onder leiding van Jan Klein Hazenbroek. Echter was dat maar een beperkt groepje, die kennis moest weer verder. Zodoende is het ‘Handig Boekje’ ontstaan.”
Van zes man groeide de Parcourscommissie door naar 45 personen. “In die tijd was survivalrun natuurlijk ook een stuk kleiner. Er waren een stuk of vijf wedstrijden en nog geen echte trainingsgroepen. Bij die wedstrijden stond dan ongeveer 250 man aan de start. Heel anders dan nu. De survivalrun was ook wel heel anders. Het lopen was toen wat een survivalrun echt zwaar maakte. Door onbegaanbaar terrein, kilometers met een stam. Er waren nog helemaal niet zoveel hindernissen. Het lopen was de grootste hindernis.”
“Survivalrun is nu compleet anders dan dat het toen was. Je zou haast kunnen zeggen dat het twee andere sporten zijn als je ze naast elkaar legt. In mijn beleving slaan we nu soms wat te veel door in de gekke hindernissen. Ik vind een combinatie van de elementen van vroeger, taai afzien rennend door de landen, met de nieuwe invloeden, meer hindernissen per kilometer, een goede balans. Maar soms willen we wat te veel en te gek.
Ik zie liever dat deelnemers een kilometer met een boomstam moeten slepen dan dat er een heel heftige hindernis staat waar veel mensen het bandje moeten inleveren. Het slepen met die stam is minstens net zo zwaar alleen hoef je het bandje niet in te leveren. Gewoon doorzetten en karakter tonen.”
Zit er een groot verschil in de uitdagingen voor een wedstrijdorganisatie nu en in de tijd dat jij startte?
“Zeker. De regelgeving was in de beginjaren helemaal niet streng. Je kreeg vrij eenvoudig de benodigde vergunningen bij de gemeente. Echter was de inschrijving onwijs complex.”
“Op een survivalrun stond een omgebouwde caravan: de promokar van de SBN. Eddy te Woerd zat hier tijdens de survivalrun in en men kon bij Eddy een aanmeldformulier voor een andere survivalrun invullen. Niet op een computer maar op een stencil.
Deze inschrijvingen werden dan vervolgens allemaal verwerkt. Maar ook via de telefoon werd er ingeschreven. De weken voor de survivalrun in Neede stond de lijn hier vaak roodgloeiend. Dan zat Irene alle inschrijvingen uit te werken. Wat uiteraard een flinke stapel werk was.”
Dat gaat tegenwoordig wel anders inderdaad. De sport heeft zich ontwikkeld en is gigantisch gegroeid. Dat heb jij allemaal vanaf de eerste rang mee mogen maken. Als je nu kijkt waar we staan als sport waar denk je dat nu de grootste ontwikkelslag nog ligt?
“Ik vind dat we meer oog moeten hebben voor de kwaliteit van een survivalrun in plaats van de kwantiteit. Het moet altijd maar groter en meer. Ik heb respect voor een organisatie die durft te kiezen voor een kleiner aantal deelnemers om de kwaliteit van een survivalrun te waarborgen.
Ik zie best wat survivalruns met meer dan 1.000 deelnemers. Maar als je dan het parcours op gaat dan zie je wachtrijen bij de hindernissen. Ik denk niet dat dat iets is wat we moeten willen. Dit komt de kwaliteit van een survivalrun niet ten goede. Dan liever 700 deelnemers met een goede doorstroom. Je bouwt een parcours voor iedereen die aan de start staat, niet alleen de eerste 20 die starten.”
“Het is logisch dat dit gebeurt want we groeien gigantisch in ledenaantal. Mijn zorg is dan ook dat het aantal survivalruns achterblijft ten opzichte van het aantal deelnemers. En dat we dan op een gegeven moment meer deelnemers hebben dan survivalruns en dat men zich niet kan inschrijven.”
Die groei die je beschrijft maken we natuurlijk al jaren mee. We hebben alleen maar groei gehad. Hoe hebben jullie dat in al die jaren in goede banen geleid als bestuur?
“Toen we ooit begonnen hadden we alleen de lange run, de ‘hele run’ oftewel het Top Survival Circuit (TSC) wat nu LSR heet. We merkten dat dit volliep en dat er vraag was naar een wat kortere afstand. Zodoende voegden we de ‘halve run’ toe. Destijds het Runner Up Circuit (RUC) over de middellange afstand, inmiddels MSR. Dit haalde de druk van de ketel bij de hele run. Later hebben we ook het Basis Survival Circuit (BSC) toegevoegd, nu de KSR. Zo konden we steeds meer deelnemers kwijt in onze survivalruns.”
“Begin jaren 2000 maakten we grote stappen op het gebied van beleid. Leo Slütter was de toenmalige voorzitter. We maakten echt stappen met het op papier zetten van beleid en protocollen. Dit was de aanzet naar meer beleidsmatig werken.
In deze periode kwam er echt een goed beeld van waar we naartoe gingen en waar we aandacht aan moesten besteden. Van hieruit zijn we gaan ontwikkelen en doorwerken. De eerste stappen met commissies werden toen al gezet. In 2015 onder leiding van Lia Nummerdor als voorzitter kreeg dit verder vorm met de uitbreiding van het aantal commissies en een bijbehorend plan van aanpak. Dit vergrootte de werkkracht van de SBN en meer mensen raakten betrokken bij de SBN.”
Je hebt het hele proces mee kunnen maken. Prachtig.
“Jazeker en niet alleen vanuit de SBN. In Survivalrun Neede heb ik ook 18 jaar mijn tijd en energie gestoken. Zodoende kon ik ook altijd de vertaalslag naar het veld behouden.”
Flinke kluif Hans, twee bestuursfuncties voor zo’n lange tijd en een baan. Zou je het nu weer zo doen?
“Ja dat denk ik wel. Ik heb een hele mooi tijd gehad en er onwijs van genoten. Ik zou wel dingen anders doen. Ik zou meer zaken wegleggen bij anderen. Ik was geneigd veel bij mezelf te houden. Maar dat gaat gewoon niet alleen zie je dat pas achteraf. Samen met Irene draaide alles voor en na werktijd toen om survivalrun.
Maar ik kijk terug op een fantastische mooie tijd als bestuurder in de survivalrunwereld. Gelukkig blijf ik nog betrokken via de Parcourscommissie!”